“Je oogspiertjes zijn helemaal verkrampt”, zei de opticien.
Ik zat al een half uur achter het meetapparaat terwijl mijn tranende ogen heen en weer flipperden tussen plus en min.
“Je hebt wel wat te lang gewacht”, zei ze.
“Het is moeilijk om een meting te doen, omdat je ogen te goed zijn geworden in het zich steeds aanpassen.”
Want dat is wat we doen: aanpassen als dat nodig is.
Of als dat ooit nodig is geweest.
Gouwe ouwe
Een aanpassing die ooit succesvol is geweest, blijven we onbewust herhalen.
Ook als dat niet meer passend is in het hier-en-nu.
In de praktijk kom ik vele soorten aanpassingen tegen.
Heel boos zijn.
Niet boos kunnen zijn.
Niet alleen willen zijn.
Liever alleen willen zijn.
Wegkruipen in een hoekje.
Altijd het hoogste woord.
Van relatie naar relatie hoppen.
Relaties stom vinden en er daarom niet aan beginnen.
Het zijn patronen geworden waarin je geen keuzevrijheid meer voelt, die energie kosten, en waarin er iets verloren gaat voor jezelf.
Eigenlijk leeft een deel van jou nog in het verleden.
Hoe herken je dat je in een oud patroon zit…
Bijvoorbeeld door gedachten als “Daar ga ik weer”.
Of door een sterke reactie op een klein voorval.
Onverklaarbare vermoeidheid.
Het gevoel geleefd te worden.
… en hoe kom je eruit?
Als je merkt dat je vanuit een oud patroon handelt, heb je al een stap gezet. Door het patroon te zien heb je afstand genomen en zit je er niet meer middenin. En juist die afstand geeft de mogelijkheid uit je bekende groef te blijven.
Klaar?
En daar sta je dan, zonder je bekende patroon.
Dat ooit zo nodig en functioneel is geweest.
Dat belemmerend was geworden, maar in ieder geval wel vertrouwd.
Voor jezelf en voor je omgeving.
En nu weet je misschien even niet hoe te handelen, te reageren.
Worden je nieuwe keuzes op de proef gesteld.
Maar wat ziet de wereld er weer nieuw uit!
De portretfoto’s bij dit blog zijn gemaakt door Maike Klip voor haar begripvolle-ambtenaar-project. De roze brillen zijn mijn toevoeging.