“Mag ik zo’n lekker biertje van je?” vraagt de vrouw aan het tafeltje naast mij.
“En een portie bitterballen graag!”
Mijn aandacht verspringt van lezen naar luisteren.
Ha, denk ik, iemand die gewoon zegt wat ze wil…
“Ik heb nog niet geluncht.”
… toch een verklaring voor haar bestelling.
Van mij hoefde ze niet te verklaren waarom ze bitterballen bestelde.
En waarschijnlijk hoefde dat van de ober ook niet.
Of van de rest van het terras.
Zij dacht van wel.
Misschien had ze ooit geleerd dat drie maaltijden per dag genoeg zijn. Dat het niet iedere dag feest is. Of dat het raar is om alleen op een terras iets te eten waar je zin in hebt. En dat ze nu dus eigenlijk een sociale norm of grens overtrad.
Het is niet altijd even gemakkelijk om te zeggen wat je wilt of niet wilt. Vooral niet als er gedachten komen die hun oorsprong vinden in andermans grenzen. “Wat zullen ze wel niet denken” is een mooi signaal voor zo’n dilemma – en een aanleiding om te onderzoeken wat je eigen wensen en opvattingen zijn.
Zeggen wat je voelt
Als je niet in de gelegenheid bent gesteld om je eigen grenzen te ontdekken, of als die ooit flink of langdurig overschreden zijn, is het een uitdaging te weten wat je wilt.
Of niet wilt.
Of voelt.
Benoemen wat je voelt kan nog lastiger zijn dan benoemen wat je wilt. Vooral als het gaat om een emotie die we als negatief bestempelen.
Ik googelde op de woorden ‘boosheid’ en ‘blijdschap’ en keek naar de suggesties die Google gaf.
Emotie als wegwijzer
Emoties kunnen ons vertellen wat we willen of niet willen. Als we weten hoe ernaar te luisteren. Boosheid, bijvoorbeeld, richten we vaak op iets, op iemand of op onszelf. Maar we kunnen ook onze aandacht verleggen van de schietschijf naar de richting van de pijl. We kunnen onderzoeken waarvoor de boosheid eigenlijk was bedoeld. Vaak is dat het beschermen van een dierbaar iets of iemand. De weg terug volgen van het uiten van boosheid naar de impuls ervan, brengt ons in contact met onze gezonde agressie: kracht om onze grenzen te bewaken en te beschermen.
Peter Levine zegt hierover: “Aggressiveness is the biological ability to be vigorous and energetic, especially when using instinct and force. In the immobility (traumatized) state, these assertive energies are inaccessible. The restoration of healthy aggression is an essential part in the recovery from trauma. Empowerment is the acceptance of personal authority. It derives from the capacity to choose the direction and execution of one’s own energies.” [Peter A. Levine Ph.D., Waking the Tiger: Healing Trauma, California 1997]
Inmiddels had mijn buurvrouw op het terras de bitterballen en een tweede biertje op. Zij, mijn dochter en ik hadden met z’n drieën een leuk gesprek gehad. En nu wilde ik naar huis. Ik stond op en gaf mijn dochter een kus. “Ik ga vast, zie je straks!” De buurvrouw wenste ik een fijne dag…
“Zij is op de fiets, ik ben lopend.”
… toch een verklaring voor mijn vertrek.