“Vannacht had ik die droom weer.”
Sinds die ene gebeurtenis, jaren geleden, droomt ze.
Elke keer een ander verhaal, met steeds dezelfde afloop: ze kan niet weg.
“Ik zat weer vast. Maar dit keer was er wel een uitweg! Voor het eerst!”
Ik zie haar voeten bewegen terwijl ze dat zegt.