“Ik ben weer uit geweest”, zei hij.
”Was wel weird.”
”En er was zo’n girl. Die vond mij kennelijk leuk ofzo. Echt vet ongemakkelijk”.
Hij vertelde dat ze onverwacht zijn arm had aangeraakt.
Dat dat ergens wel prettig was, en ergens ook helemaal niet.
Ik zag zijn ogen onrustig bewegen en zijn lichaam een beetje naar één kant bewegen.
Ik vroeg hem wat hij merkte, terwijl hij dit vertelde.
Zijn stem klonk anders toen hij zei dat er een blok beton op zijn borst lag, en er een knoop in zijn maag zat.
Ik vroeg of er woorden bij dit gevoel hoorden.
“Help”.
Werken met het lichaam betekent dat je het lichaamsgeheugen activeert.
Daarin zijn allerlei ervaringen opgeslagen.
Bijvoorbeeld ervaringen die op heel jonge leeftijd zijn opgedaan, voordat er taal beschikbaar was.
Of reactiepatronen die automatisch in een bepaalde situatie worden getriggerd.
Een geur, een stem, een aanraking kan je in een fractie van een seconde terugbrengen in een ander moment, en je systeem laten reageren alsof dat moment ‘nu’ is.
Dat kan handig zijn.
Bijvoorbeeld als je op de fiets stapt.
Dat kan ook onhandig zijn.
Bijvoorbeeld als iemand je aanraakt, en je lichaam zich alleen onaangename aanrakingen herinnert.
En zich als in een reflex afwendt of “help” wil roepen.
Omdat het nog niet weet dat het inmiddels veilig is om een andere beweging te maken.
Gelukkig kun je een leven lang nieuwe ervaringen opdoen en thuis raken in nieuwe bewegingen.
De beer in dit filmpje laat zich graag even terugvoeren naar vroeger.
De ontmoeting met degene die hem verzorgde toen hij nog een welp was, brengt bij hem het spel boven dat hij als klein beertje speelde. Alleen is hij nu wel wat groter en zwaarder…